Het is bijna eind mei, de PoP Up Winkel is een maand open. Een leuke, interessante en leerzame maand. Zeker als het mooi weer is en de deuren van de winkel open staan ontmoet ik mijn geïnteresseerde buurtgenoten, buurtbezoekers en toeristen. Ik voer interessante en amusante gesprekken.
Een aantal buurmannen komt altijd even binnenwippen voor een praatje klets. Eén van hen trakteert me dan op een Griekse Mythe, die hij niet meer helemaal kent, maar waarvan de essentie toch duidelijk wordt. Over dat ik niet moet proberen om de wereld van Atlas over te nemen op míjn schouders en zo. Een collega-coach die in de straat woont, loopt ook geregeld even binnen (“waarom heb ik dit niet bedacht”) en een jonge psycholoog op blote voeten loopt rechtstreeks naar het “privé-gesprek-plekje” om te voelen hoe het is.
Wat opvalt: het vak “coaching” heeft nog steeds iets vaags en taboe-erigs (“niet voor mij hoor, maar voor mijn moeder ……”). “Wat voor coach ben je?”, hoor ik ook geregeld. “Waar ben je naar op zoek?”, vraag ik dan. En dan ontstaat er zomaar op de stoep voor de winkel een coach-gesprek. Straat-coaching ….
Voorbijgangers zijn nieuwsgierig. Dat de deur openstaat werkt drempelverlagend, maar de drempel is vaak toch nog niet laag genoeg; dan zie ik iemand dralen en ga ik naar buiten met een foldertje en overhandig ik dat met: “wat zou je graag willen weten”?
Het blijkt dan toch nog steeds een best wel zwaar ding te zijn om het gesprek met een coach aan te gaan. “Ik heb eigenlijk niet echt een probleem”, hoor ik dan. “Gelukkig maar”, zeg ik dan, en “heb je wel een verlangen?” of “is er iets dat je mist?”. En dan ontstaat er zomaar een coach-gesprek.
Hoe zit dat met het imago van “coaching”? En hoe profileren wij ons eigenlijk? Voor veel mensen moet er toch eerst iets misgaan, voordat ze naar een coach gaan.
Wat ook opvalt: 75% van de inlopers, de mensen die inloop-coaching voor €1,- per minuut kopen, is al onder behandeling bij een psycholoog of psychiater. Dat zijn mensen die een zware burn-out hebben, in een depressie zitten of bijvoorbeeld bipolair zijn. Ik heb geleerd dat bijstaan ook een vorm van coaching is: een rustig plekje om even te zitten, een glaasje water, een tissue, iemand die aandachtig luistert zonder oordeel. Door wat ik vraag en zeg gaan ze wat opgeruimder en positiever de deur uit. En dan denk ik: kleine moeite voor mij, maar zo enorm belangrijk voor hen! En dan hoop ik dat er een plek is waar ze, in een wereld zonder coachwinkel, terecht kunnen.
De leukste vraag vond ik deze: ik ga binnenkort met mijn jonge gezin 2 maanden reizen en ik wil graag een vraag voor mezelf meenemen op reis. Welke zou dat kunnen zijn? Waarna we de begrippen “reizen” en “vragen” onderzocht hebben. Ze gaat met veel plezier op reis!