Vandaag herdenken we de slachtoffers van vlucht MH17. Mijn yogajuf adviseert om, als je het lastig vindt om contact te maken met je innerlijke, onvoorwaardelijke liefde, te denken aan iemand van wie je heel erg veel houdt om je liefde als het ware te activeren. Ik denk dan altijd aan mijn vader. Het kost me geen enkele moeite om onvoorwaardelijke liefde voor hem te voelen. Ik denk ook wel eens aan andere mensen waar ik zielsveel van hou, maar dat voelt dan toch anders. Waarom is dat? vraag ik mij af. Dat komt, vermoed ik, omdat ik het gemakkelijker vind om onvoorwaardelijk van de doden te houden dan van de levenden. Met de levenden heb ik een relatie in het hier en nu en komen er andere, soms wat negatievere gedachten bij, in de trant van „maar gisteren zei hij dit …” of „ze stuurde me net een vervelend mailtje”. Ik bemerk ook soms andere gevoelens, bijvoorbeeld jaloezie of boosheid of teleurstelling. Met mijn vader heb ik een relatie in een andere dimensie, niet in de realiteit van vandaag. Dat maakt het voor mij gemakkelijker.

De liefde voor hen die van ons heen gegaan zijn. Voor hen dit gedicht van Herman Gorter.

zie je ik hou van je
ik vin je zo lief en zo licht –
je ogen zijn zo vol licht
ik hou van je, ik hou van je

en je neus en je mond en je haar
en je ogen en je hals waar
je kraag zit en je oor
met je haar ervoor

zie je ik zou zo graag zijn
jou, maar het kan niet zijn
het licht is om je, je bent
nu toch wat je eenmaal bent.

o ja, ik hou van je,
ik hou zo vrees’lijk van je,
ik wou helemaal zeggen –
maar ik kan het toch niet zeggen.

Mooie week, allemaal!